Egon Schiele is een expressionist. Het expressionisme is een stroming in de Europese kunst van de twintigste eeuw. Het woord is afkomstig van het Latijnse ‘expressio’, wat ‘uitdrukking’ betekent. In het expressionisme probeert de kunstenaar zijn gevoelens, zijn ervaringen voor de waarnemer uit te drukken. Hierbij vervormt hij meestal de werkelijkheid. Soms vervaagt de band met de werkelijkheid zo, dat die zelfs helemaal wegvalt. Hierdoor krijgen onvoorstelbaar veel nieuwe vormen hun kans.
Belangrijk in het expressionisme is vooral de gevoelswaarde dat de kunstenaar ervaart naar aanleiding van het onderwerp.
Kunststroming
Het expressionisme is begonnen in Duitsland rond 1911, vooral in kunstenaars bewegingen, zoals Die Brücke, Der Blaue Reiter en het Bauhaus. In diezelfde tijd ontstond in Frankrijk het fauvisme, een vergelijkbare stroming. Het expressionisme kende een bloeitijd in het eerste kwart van de 20e eeuw.
Gipsy Lovers
Otto Mueller
(Die Brücke)
Spielende nackte
Menschen
Ernst Ludwig
Kirchner
(Die Brücke)
Vooral in de schilderkunst wordt, bijvoorbeeld bij het gebruik van kleuren, vaak afgeweken van de werkelijkheid. De kleur wordt gebruikt om gevoelens te accentueren. Vaak worden ook voorbeelden uit de natuur vervormd, juist ook hier weer, om de expressiekracht te verhevigen.
Daarbij wordt soms het perspectief opzettelijk niet meer juist toegepast. Ook andere academische vorm- en beeldtaal wordt opzettelijk vermeden, zoals het toepassen van een gulden snede. Friedrich Nietzsche was feitelijk de geestelijke voorwerker van het expressionisme.
In 1948 verenigde een aantal fauvisten en expressionisten zich in de Cobra groep, aangezien zij gelijkwaardige gedachten hadden. Deze op het expressionisme voortbordurende stroming is verantwoordelijk voor het opleven van de moderne kunst in vooral Nederland, maar ook België en Denemarken.
Cobra-Kunstenaars zijn onder anderen: Karel Appel, Corneille, Jan Nieuwenhuys, Christian Dotremont, Piërre Alechinski, Carl-Henning Pedersen, Asger Jorn, Constant Nieuwenhuys, Anton Rooskens, Henry Heerup.
Een goed voorbeeld van hedendaags expressionisme zijn de Nieuwe Wilden, een Duitse naoorlogse kunststroming die de confrontatie aangaat met het traumatische oorlogsverleden van Duitsland.
Ook in eerdere en latere periodes zijn echter expressionistische werken geschilderd. Het expressionisme als uitdrukkingsstijl bestaat in het begin van de 21e eeuw nog steeds. Ook in de periode ver voor de bloeitijd zijn schilders te vinden die een expressionistische stijl gebruikten.
De basiskenmerken van het expressionisme zijn dionysisch, felle kleuren, grillige beelden, slordig geschilderd, plat vlak, geen perspectief en er wordt meer geschilderd vanuit het gevoel (het kind) dan vanuit de ratio (verstand). De schilders van Die Brücke wilden om die reden absoluut geen opleiding aan een kunstacademie volgen. Als ‘vaders’ van het expressionisme kunnen we Van Gogh, Gauguin en Cézanne beschouwen.
Starry Night
Vincent Van Gogh
Tahitian Women on beach
Paul Gauguin
Road Before the Mountains
Paul Cézanne
In hun schilderijen zien we aanlopen van wat later zo typerend is voor de expressionistische schilderkunst. Niet de zintuiglijk waarneembare werkelijkheid maar de innerlijke expressie van de kunstenaar is belangrijk. De vormen van voorwerpen kunnen een verandering ondergaan, tot ze nauwelijks meer te herkennen zijn. De kleuren hebben een eigen, symbolische waarde, ze drukken meer uit dan de zichtbare kleur van het voorwerp.